Het parcours is niet zo lastig: een omloopje van 23km met welgeteld 4 bochten. Dat is maar goed ook, want met de stuurmanskunsten van de gemiddelde Spanjaard of Fransoos zijn dat al vier bochten teveel. Dit rondje wordt door de meeste categorieën 4 maal afgelegd, de jonkies mogen het met 2 of 1 rondes doen. Het aantal hoogtemeters is met een simpel telraam ook nog wel bij te houden: zelfs de Spanjaarden vinden het vlak. Eigenlijk is het een typisch polderrondje zoals je die in Nederland of België ook wel kan hebben, alleen is het hier wat eenvoudiger om 23km weg af te sluiten (welke Spanjaard maakt zich daar nou druk om, om 10 uur 's ochtends). Er is één factor die het interessant kan maken en dat is de wind. Een briesje van 4 beaufort of meer is voldoende om de boel in waaiers te trekken.
Helaas liet de wind andermaal verstek gaan en dus werd het meermaals een zenuwachtig gedoe. Op de een of andere manier denkt iedereen maar vooraan te moeten zitten om niks te missen. Al is het alleen maar om de voorkant van het peloton te zien en niet eens mee aan te vallen. Geen wind betekent dat je juist níet continu voorin hoeft te zitten. Maak dat maar eens een Spanjaard of Fransoos wijs. Gelukkig was het peloton deze week gereduceerd ten opzichte van een week eerder en was het risico op valpartijen aanmerkelijk kleiner geworden.
Door dit verbeterde overzicht kon ik mezelf vrij makkelijk naar voren rijden en toen er een mooi kopgroepje leek te ontstaan sprong ik er gedwee naartoe. Het draaide gelijk prima, maar het peloton liet niet begaan. Één pijl verschoten. Na ongeveer 50 minuten koers was ik er aan toe om een tweede pijl te verschieten. Ik sprong mee op het wiel van een Spanjaard en een Duitser, het peloton nam de druk van de pedalen en we kregen een klein gaatje. Het gat groeide snel naar een seconde of 30 omdat we elkaar redelijk goed verstonden. Tenminste, de Duitser en ik, want het Engels van de Spanjaard was nog beroerder dan mijn Spaans.
Het gat wilde echter niet verder groeien en dus bleven we in het zicht van het peloton rijden. Niet echt bevorderlijk voor mijn moraal, dus had ik mijn hoop gevestigd op het in elkaar storten van mijn vluchtmakkers zodat ik een goede reden had om de handdoek te mogen werpen. Helaas hielden zij al net zo koppig vol en dus werden we "mooi" op 10 kilometer van de streep gegrepen. Omdat ik nu toch wel wat pijlen had verschoten, en niet wist hoeveel ik er nog overhield, verstopte ik me in de buik van het peloton met de hoop snel te kunnen herstellen om alsnog een goede sprint te rijden.
Toen er twee man wegsprongen op 3 kilometer van de streep bleef ik dus zitten en gokte erop dat anderen ze wel terug zouden halen. Helaas voelde niemand zich geroepen en streden we dus roemloos om plek 3. Roemloze sprintjes behoren wel tot mijn specialiteit en dus kon ik nog de massasprint winnen. Bleek ik toch nog een goede pijl over te hebben, alleen kon ik hem niet in de roos mikken.
Het gat wilde echter niet verder groeien en dus bleven we in het zicht van het peloton rijden. Niet echt bevorderlijk voor mijn moraal, dus had ik mijn hoop gevestigd op het in elkaar storten van mijn vluchtmakkers zodat ik een goede reden had om de handdoek te mogen werpen. Helaas hielden zij al net zo koppig vol en dus werden we "mooi" op 10 kilometer van de streep gegrepen. Omdat ik nu toch wel wat pijlen had verschoten, en niet wist hoeveel ik er nog overhield, verstopte ik me in de buik van het peloton met de hoop snel te kunnen herstellen om alsnog een goede sprint te rijden.
Toen er twee man wegsprongen op 3 kilometer van de streep bleef ik dus zitten en gokte erop dat anderen ze wel terug zouden halen. Helaas voelde niemand zich geroepen en streden we dus roemloos om plek 3. Roemloze sprintjes behoren wel tot mijn specialiteit en dus kon ik nog de massasprint winnen. Bleek ik toch nog een goede pijl over te hebben, alleen kon ik hem niet in de roos mikken.
image from La Fabrica Race Team |
Geen opmerkingen:
Een reactie posten